Dynamiek in de klas
Als het goed is heb je de afgelopen twee weken de basis samen met de klas neergezet. Dus de “Wat voor groep willen we zijn met elkaar” is helder. Nu breekt voor de groep een ingewikkelde periode aan, want nu moet de vraag ingelost worden: hoor ik erbij? Of wat moet ik doen of laten om er in deze groep bij te horen. En bij wie wil ik of moet ik horen om ervoor te zorgen dat ik veilig ben. En dit bepaalt uiteindelijk de dynamiek van je klas.
Je kunt besluiten om lekker aan de slag te gaan met rekenen, lezen en taal en hopen dat het allemaal wel losloopt. Mijn advies: ga lekker rekenen, lezen en taal doen maar blijf aandacht besteden aan het groepsvormingsproces. Die eerste weken is een beetje snuffelwerk. Het echte werk gaat nu pas beginnen. Wees alert! Wat gebeurt er? Wat zie je? Wat hoor je? Laat het niet lopen want hier wordt de informele norm gemaakt. En door dat wat je waarneemt terug te geven aan de groep, er vragen over te stellen, te onderzoeken, alternatieve oplossingen te vinden, voer je regie op de groepsnorm. Dit is echt cruciaal voor jouw rol!!!
Welkom
Noord-Nederland bouwt nog lekker verder aan de missie, bouwstenen etc. en bij Zuid-Nederland gaan maandag de deuren open voor het Welkom. Wist je dat elk welkom refereert naar je allereerste welkom? Hoe welkom was je toen je geboren werd? Je kunt er bij de kinderen een glimp van ontvangen. Wie kijkt je stralend aan? Wie kijkt liever weg? Wie gaat het liefst de ontmoeting uit de weg? Bij sommige kinderen krijgt je het welkom met een strik eromheen, bij anderen kinderen zul jij meer moeite moeten doen. Kun je dat? Of raakt het jou aan en voel je je niet gezien, misschien wel afgewezen? Gebruik het moment om ook jezelf beter te leren kennen.

Jouw rol als pedagoog
Terug naar de strijd-om-de-macht. Hoe wil jij dat kinderen met elkaar strijden? Op een Win-Verlies manier, of op een Win-Win manier? En hoe zie jij jouw rol hierbij? Onderdruk je het? Negeer je het? De kans is groot dat het verdwijnt in het onderwaterprogramma en dat de dingen in het geniep gebeuren. Help de groep om dit op een goede en respectvolle manier te doen. Dit gaat echt over jouw rol als pedagoog. Heb contact met je leerlingen, stem af en geef duidelijk leiding. Zorg dat de grenzen helder zijn (schrijf ze voor jezelf eens op, wat zijn je grenzen, wat is wel en niet oké) en benoem ze als ze overschreden dreigen te worden en corrigeer daar waar nodig. Dit is het terrein van sturen en steunen. Stuur je te veel, wordt je dominant. Steun je te veel, ben je ‘het vriendje van’, ben je aan het pamperen. Beide levert alleen maar gedoe op. De drieslagregel helpt je hier bijvoorbeeld mee (hoofdstuk 7 en 13 uit het boek Klasse(n)Kracht met RESPECT voor de klas).
Ruzie maken
Leer kinderen ruzie te maken en het samen goed op te lossen (denk aan het STORM-kaartje). Waarom? Omdat ze het anders op hun eigen manier gaan doen en dat is meestal volgens de wet van de sterkste. Dit is een cruciale fase in groepsvorming. En mocht je dit lastig vinden (en daarin ben je absoluut niet de enige, dit is top-sport) dan raad ik je echt de online basistraining aan.
Als ik vroeger ruzie maakte moest ik altijd naar boven, naar mijn kamer. Briesend, met stoom uit mijn oren, stampte ik de trap op naar boven. Boven sloeg ik de deur dicht, zo hard als ik kon. En als het niet hard genoeg was, deed ik het nog eens dunnetjes over. Op dat soort momenten wilde ik het liefst de scharnieren eruit knallen! Zo gefrustreerd was ik. Boos van de ruzie, maar nog veel bozer dat ik weggestuurd werd. Vol met gevoelens waar ik niets mee kon. Nee, ruzie maken was bij ons thuis ‘not done’.
Een paar jaar geleden was ik getuige van een flinke ruzie tussen onze twee meiden (26 en 18). Zo… de vonken spatten ervan af. Ik geloof niet dat ze eerder zo’n clash met elkaar hebben gehad. Kleine meisjes worden groot en laten niet over hun grens gaan. Ik was er eerlijk gezegd gewoon trots op. Hier was duidelijk een ontmoeting aan de grens. De aanleiding ging nergens over, maar dat gaat het nooit. De interpretatie van het gedrag van de ander wel. En hoe vanuit die boosheid later het gesprek gevoerd kon worden over waar de één door de ander geraakt werd. En dan vloeien er tranen en een liefdevolle knuffel.

Heb jij het geleerd?
Ouders, leerkrachten ook, denken vaak dat ruzie maken niet goed is. En dat je dat zo veel mogelijk moet vermijden. Ze grijpen in, sussen de boel of bieden snel een oplossing. Het is mijn ervaring dat het vooral wijst op handelingsverlegenheid t.a.v. het begeleiden van conflicten, de spanning die het in jezelf kan oproepen als je geconfronteerd wordt met een conflict vooral als het er heftig aan toe gaat. En als ik de vraag stel aan leerkrachten: ‘Hoe heb jij vroeger geleerd om ruzies op een goede manier te voeren en op te lossen’, dan geven veruit de meeste leerkrachten aan dat ze dat eigenlijk niet geleerd hebben en dat ze dit ook enorm lastig vinden. De meeste vragen gaan over: hoe begrens ik gedrag op en goede manier, hoe doe ik dat, wat zeg ik en wat zeg ik niet en hoe ben ik consequent. Veel leerkrachten waarschuwen veelvuldig maar weten vaak niet hoe hier regie op te voeren.
Wil je leren hoe je conflicten op een goede manier kunt aanpakken? klik dan hier.
Jouw rol is niet de oplossing aandragen, maar jouw rol is begeleidend; je begeleidt de leerlingen bij de stappen. Boze mensen luisteren niet. Dus als je merkt dat de kinderen nog te boos zijn om te praten. Stel het uit. Het is een goede gewoonte om ruzies na schooltijd uit te praten. “Het is nu tijd om aan het werk te gaan, maar om 15.00 uur zoeken we met elkaar een oplossing”.
En jij? Mocht jij ruzie maken thuis? Of moest je de wijste zijn? Werd je net als ik naar je kamer gestuurd? Of werd de ruzie hardhandig opgelost? En hoe beïnvloedt dit nu jouw gedrag wanneer je te maken hebt met uitdagend gedrag van kinderen, grensoverschrijdend gedrag van kinderen en onderlinge ruzies?
Ik hoor graag jouw ervaringen!
P.S. Wil je steviger in je schoenen staan in het bewaken van grenzen en het omgaan met conflicten klik dan hier.
Met verschillige groet,
Jelly
Hallo Jelly,
Mooi, dat verhaal van dat campingveld.
Ik hou ervan, van metaforen.
Ik herken het, als ik boos word en naar boven gestuurd, én de deur nog eens dichtsmijt als ik de frustratie er niet genoeg heb uit gegooid bij die eerste keer.
Noord- Nederland EN DE REGIO Nijmegen (vanwege de Vierdaagse hebben we zo onze eigen start- en einde schooljaar-data en daardoor los van de rest van regio-Midden) starten nu idd de tweede week. En hoewel ik de stappen precies op een rijtje heb, is zo’n ondersteunende mail van jou toch het alerte kersje op de taart.
Tot ziens. Manon