Soms kost lesgeven je nog bakken met energie. Het lijkt erop dat je steeds brandjes moet blussen. Wil je de aandacht voor de klas omdat je instructie wilt geven, zijn er toch altijd nog leerlingen die wat anders gaan doen. Eén van de eerste dingen om bij stil te staan is je klassenmanagement. Is het voor alle kinderen in jouw klas wel duidelijk wat er van hen verwacht wordt? Wat zijn jouw regels en routines eigenlijk?
Wat is klassenmanagement?
Klassenmanagement is in het kort alles wat je als leerkracht doet om het onderwijs goed te organiseren. Het zijn alle maatregelen die je neemt om ervoor te zorgen dat alles goed loopt in je klas. Dat leerlingen op hun plaats blijven zitten als dat nodig is, naar je luisteren, aan het werk gaan en vooral aan het werk blijven 😉. Hierbij moet je niet alleen maar denken aan de afspraken en de regels, maar ook aan de klasinrichting, de looproutes in de klas, de routines die er zijn, de lesinhoud, de manier van werken, de communicatie, de instructie de relatie tussen leerkracht en leerlingen, de relatie tussen leerlingen onderling.
Wat is goed klassenmanagement?
Klassenmanagement is een voorwaarde voor goed onderwijs. Als dit niet op orde is kun je stellen dat het voor kinderen niet duidelijk is wat de bedoeling is, hoe iets uitgevoerd moet worden, wat wel en wat niet mag. En onduidelijkheid geeft onrust. Altijd! In dit artikel neem ik je mee in waar je aan moet denken bij klassenmanagement en wat nu goed klassenmanagement inhoudt. Je kunt het voor jezelf gebruiken als checklist. Hoe zijn deze elementen in jouw klas geregeld? Waar ben je sterk in en waar zou je sterker in kunnen worden zodat er meer rust in de klas is. Wij horen steeds meer van leerkrachten hoe onrustig het kan zijn in een klas. Veel factoren spelen daarbij een rol. De eerste die je kunt tackelen is je klassenmanagement.
Waar moet je nu aan denken bij goed klassenmanagement:
Je begeleidt actief het groepsvormingsproces. Dit betekent niet alleen aan de start van het schooljaar, maar ben je je er bewust van dat regie voeren op het groepsvormingsproces iets is van elke dag, 40 schoolweken lang. Leerlingen maken onderdeel uit van een groep. De meeste kinderen zijn gewend om in kleine verbanden met elkaar te leven. Hoe ben je eigenlijk een goede deelnemer in een groep?
Goed klassenmanagement besteedt aandacht aan groepsvorming.
1. Goede Voorbereiding
Je hanteert een goede planning en organisatie: Goed klassenmanagement valt of staat bij een goede voorbereiding. Een goede les werkt preventief. Dat betekent dus niet tussendoor nog even een kopietje draaien of je digibord niet klaar hebben staan. Als jij niet precies weet wat je gaat doen, weten de kinderen daar onmiddellijk ‘gebruik’ van te maken. Met als gevolg dat je voortdurend achter de feiten aan loopt.
2. Planning en organisatie
Zorg dat je planning en je organisatie van je lessen staat! Een goed gemanagede klas minimaliseert verstoringen en maximaliseert de tijd die beschikbaar is voor instructie en leren.
3. Intressante lessen
Je verzorgt goede, interessante en uitdagende lessen: Leerkrachten moeten strategieën gebruiken die leerlingen actief bij de les betrekken, zoals interactieve discussies, groepswerk, en hands-on activiteiten.
4. Logische looproutes
Je hanteert logische looproutes in de klas: soms zijn er opstootjes in de klas die veroorzaakt worden door de manier waarop de tafels, stoelen en kasten opgesteld staan. Kijk naar je klas en merk op of er opstoppingen zitten. Verander het.
5. Opgeruimd lokaal
Je hebt een opgeruimd lokaal en bureau. Je bent daarin een voorbeeld voor je klas. Wij mensen kijken naar andere mensen om te bepalen wat gewenst gedrag is. Dat noemen we sociaal bewijs. Als anderen het doen, dan zal het wel goed zijn en vooral als die ander ook nog eens op ons lijkt. Zo trekt rommel, rommel aan. (Cialdini in zijn boek Invloed)
6. Positieve relaties
Je besteedt aandacht aan positieve relaties met alle leerlingen. Je bent een gastheer/vrouw. Je staat bij de deur en je ontvangt de leerlingen, elke dag. Ook de leerlingen met soms moeilijk verstaanbaar gedrag of lastig gedrag. Je bent in staat om het gedrag te scheiden van het kind.
7. Erbij horen
Je besteedt aandacht aan het bevorderen van het onderlinge contact tussen de leerlingen (kinderen hebben het gevoel erbij te horen). Je helpt leerlingen bij het opbouwen van positieve relaties met en tussen leerlingen. Dit gaat negen van de tien keer niet vanzelf. Door hier heel bewust aandacht aan te besteden bevorder je een veilige en ondersteunende sfeer waarin leerlingen zich gewaardeerd en begrepen voelen.
8. Sensitief en Responsief
Je bent sensitief en responsief (zie ook blz. 175 boek Klasse(n)Kracht met RESPECT voor de klas). Dat betekent dat je oog hebt, gevoel hebt voor de signalen die kinderen uitzenden. Je bent in staat om deze signalen juist te interpreteren en de emotionele betekenis op waarde te schatten. Je bent bereid om achter het gedrag van een leerling te kijken. In mijn boek (blz. 175) geef ik als voorbeeld Sterre. Na het geven van een instructie zie je dat Sterre boos voor zich uitkijkt, onderuitgezakt op haar stoel, met haar boek dicht. Sterre geeft duidelijk een signaal af en jij neemt dat waar. De vraag is hoe interpreteer je haar gedrag. Reageer je met een: Sterre stop eens met dat getreuzel, sla je boek open en ga aan het werk. Of zie je een gefrustreerde leerling die tijdens de uitleg er niks van snapt en is afgehaakt. In dat geval loop je naar haar toe en zeg je: Ik zie je boos kijken, ik denk dat je die sommen die ik net heb uitgelegd nog niet snapt en daar enorm van baalt. Klopt dat? Dikke kans dat er dan een andere situatie ontstaan.
9. Duidelijke regels en routines
Je hanteert duidelijke regels en routines. Dit doe je in samenspraak met de groep: Het vaststellen van duidelijke regels en routines helpt leerlingen te begrijpen wat van hen verwacht wordt. Dit omvat alles van het opsteken van een hand, welke materialen je nodig hebt, met wie je een taak mag doen, wanneer iets af moet zijn, waar je mag gaan zitten, hoe je in de rij moet staan tot wanneer je wel of niet mag praten. Door consistente routines en verwachtingen leren kinderen zich aan regels te houden en samen te werken met anderen.
10. Heldere gedragsverwachtingen
Je bent heel helder in het uitspreken van je (gedrags)verwachtingen: Door duidelijk te maken wat je verwacht van leerlingen in termen van gedrag, zorg je ervoor dat het voor kinderen duidelijk is wat de bedoeling is. Binnen Klasse(n)Kracht maken we daarom veelvuldig gebruik van T-kaarten. Enerzijds om gemeenschappelijke taal te hebben voor gedrag en anderzijds om stil te staan bij wat we van elkaar verwachten in de omgang met elkaar.
11. Gewenst gedrag benoemen
Je benoemt en bekrachtigt gewenst gedrag: Je bent duidelijk in wat je wilt en hoe je het wilt. In je taalgebruik benoem je veelvuldig het gedrag wat je wilt zien en niet wat je niet wilt zien. Hierdoor ontstaat er een positieve manier van regie voeren op het gewenste gedrag. Je draagt je waarden en normen hierbij positief uit.
12. Grenzen
Je bent duidelijk in het aangeven van je grenzen. Je hanteert een goede balans tussen steunen en sturen Je kan goed je grenzen bewaken en je bent hier heel helder in naar de kinderen.
13. Consequent
Je bent consequent t.a.v. het omgaan met orde verstorend gedrag en het is ook duidelijk welke consequenties je hanteert. Ook weet je hoe om te gaan met ordeverstoringen: Door proactief te reageren op kleine verstoringen zorgt ervoor dat je escalaties voor blijft. Dit voorkomt op de langere termijn gedragsproblemen.
14. Heldere routines
Je hebt heldere routines in je klas (denk aan toiletgebruik, in de rij staan, gebruik materialen, jas, tas, meenemen van spullen van huis, huiswerk, zelfstandig werken etc.).
15. Vaste plek
Materialen zijn goed bereikbaar voor leerlingen en hebben een vast plek.
16. Zichtlijnen
Het meubilair van de leerlingen staat zodanig, dat alle leerlingen op het (digi)bord kunnen kijken.
17. Soepele lesovergangen
Lesovergangen verlopen soepel. Je voert regie op de lesovergang vanuit een centrale positie. Vertelt wat de bedoeling is, wat je verwacht, zet eventueel de timer aan voor het aantal minuten dat ze hiervoor hebben, je geeft complimenten voor het gewenste gedrag dat je ziet en begeleid leerlingen preventief als je weet dat ze het lastig vinden om hun zaakjes te ordenen.
18. Leerlingen storen elkaar niet tijdens de instructie of zelfstandig werken. Je hebt heldere afspraken hierover en voert hier ook bewust regie op.
Waarom is goed klassenmanagement belangrijk?
Goed klassenmanagement geeft allereerst een stuk rust en veiligheid in de klas. Die rust en veiligheid zorgt ervoor dat kinderen met hun aandacht naar en creëert daardoor een effectief leerklimaat voor de leerlingen. Bovendien weten leerlingen bij een goed klassenmanagement wat er van hen wordt verwacht, waardoor deze leerlingen meestal succesvoller zijn. Effectief klassenmanagement draagt bij aan het verminderen van probleemgedrag
Vier strategieën die een positieve invloed hebben op gedrag
Marzano noemt vier soorten strategieën die een positieve invloed hebben op het gedrag van leerlingen in de groep.
- Uit onderzoek van Marzano blijkt dat heldere regels en routines het storend gedrag in de klas met 28% vermindert.
- Door effectief gebruik te maken van positief reageren en preventieve maatregelen te nemen vermindert het storend gedrag met 32%
- Een goede balans tussen steunen en sturen, en investering in de relatie met de leerlingen zorgt ervoor dat het storende gedrag vermindert met 31%
- Tot slot blijkt de mentale instelling van de leraar (wat wij binnen Klasse(n)Kracht persoonlijk meesterschap noemen) waarbij de leraar alert is, ‘ogen in het achterhoofd hebben, anticiperen op wat er zou kunnen gebeuren, zorgt ervoor dat het storende gedrag in de klas met 40% vermindert.
Gevolgen van onvoldoende klassenmanagement
Onderbrekingen en gedragsproblemen: Zonder duidelijke regels en routines kunnen klassen chaotisch worden, wat leidt tot frequente onderbrekingen en gedragsproblemen.
- Leerprestaties nemen af: Verstoringen en een gebrek aan focus belemmeren de voortgang van leerlingen en kunnen hun schoolse prestaties negatief beïnvloeden.
- Stress voor de leraar en leerlingen: Een onbeheersbare klas creëert een stressvolle omgeving voor zowel leerlingen als leraren, wat kan leiden tot burn-out en een hoog verloop onder het personeel.
- Negatieve klasdynamiek: Een gebrek aan positieve relaties en een ondersteunende omgevingkan leiden tot een negatieve klasdynamiek, waarbij pesten en uitsluiting kunnen voorkomen.
Een effectief klassenmanagement is dus cruciaal voor het succes van het onderwijsproces. Het stelt leerlingen in staat om in een optimale omgeving te leren en zich te ontwikkelen, terwijl het leraren in staat stelt om hun werk met voldoening en succes uit te voeren.
Hoe kun je klassenmanagement versterken?
Pak voor jezelf de checklist Klasse(n)management erbij. Hoe zie jij jezelf. Vul de lijst eerlijk in. Vraag aan een collega of hij of zij een les bij je komt observeren en vraag naar een eerlijk oordeel. Leg de resultaten naast elkaar. Wat valt je op? Heb je ergens een blinde vlek? Maak het niet persoonlijk, maar pak het professioneel op. Het is gewoon zonde om jezelf niet in een leerstand te zetten. Hoe sterker jij voor de klas staat hoe meer je kunt genieten van dit vak.
Versterk je leerkrachtgedrag
Afhankelijk van waar jij scoort kun je jezelf uitdagen tot een volgende stap. Vanuit Klasse(n)Kracht heb ik de volgende tips voor je:
- Als je het boek Klasse(n)Kracht met RESPECT voor de klas nog niet kent, zou ik je die sowieso aanraden.
- De online basistraining Klasse(n)Kracht helpt je in ieder geval bij het versterken van de punten 1, 2, 6, 9, 10, 11, 12, 13 en dat leidt tot punt 17 en 18
- De online module Omgaan met Conflicten als je merkt dat je laag scoort op de punten 9, 10, 12 en 13.
- De online training Grip op Gedoe? Samen bouwen aan vertrouwen helpt je bij punt 6, 7, 8. Door inzicht te krijgen in het onderwaterprogramma van de groep, gericht te observeren en te analyseren, begrijp je wat je kunt doen om de groep verder te begeleiden in hun groepsontwikkeling.
Zorg dat je het verschil maakt!
Met verschillige groet, Jelly